Cole Mine Trail voor Jan Muller

* Etten-Leur, 22 augustus 2016 – In het Belgische Genk-Waterschei was afgelopen zondag de vijfde editie van The Cole Miners’ Trail. Ruim 44 kilometer, met de door de organisatie gegarandeerde 764 hoogtemeters. De Achilles trail-expert bij uitstek Jan Muller ging los in de CM trail en liep elke ronde van 11 km van de wedstrijd in een op Toon Heeren lijkende gelijkmatigheid (55:02-55:25-55:01 en 54:31). Over de ongeveer 44 km deed de Spundelse ultraloper exact 3 uur en 40 minuten. Hieronder lees je zijn persoonlijk relaas.

Niet onderschatten!
Zo staat het recht in het oog springend op de website, bij elk weertype blijft deze trail een zware onderneming.
Nou wat moet je dan verwachten als je, alleen in de auto op weg bent in de regen!
Genk een mijnwerkersstreek, vroeger dan, daar zie je van veraf al de terrils *) liggen. Kunstmatige bergen van kolengruis en alles wat uit de mijngangen gekomen is. Er is er één bebost, de andere is kaal, vier keer ga ik er overheen proberen te knallen. Ik hoop dat de rest van het parcours dan een beetje meevalt mag verwacht niks.

Bij de start aangekomen is het erg rustig en vooral nat.
Na de gebruikelijke woordjes van de organisatie mogen we weg voor 3 of 4 ronden.
Na een rondje weet ik het al: zwaar, nergens vlak, bos, ongelijk , wortels, kleine steile klimmetjes en nog glad ook.
Boven op de terril, de kale, ga je recht naar beneden dus een beetje lef moet je ook hebben, bij de beboste staat een bordje bij het naar beneden gaan, pas op langzaam lopen glad!

Ik ploeter mijn rondjes af in 55 minuten en besluit het laatste rondje even te genieten van het uitzicht boven, echt super.
Toch is dat mijn snelste ronde, net binnen de 55 minuten en finish in 3:40 op 44 km en bijna 800 hoogtemeters op mijn gps. Wat blijkt ik ben 1 mannen 50 en ook 1 overall, joepie de poepie.

Voor de leuke dingen zie de site van de organisatie.

Volgend jaar meer liefhebbers hoop ik,
Jan Muller

*) Een steenberg (Nederland) of terril (België) is een ophoping van steenafval dat als bijproduct van de ondergrondse mijnbouw ontstaat.