Henk Buesink weer sneller op de Etten-Leurse marathon
* Etten-Leur, 29 oktober 2018 – Tijdens de 36e editie van de Van Oers Marathon Brabant op de laatste zondag van oktober 2018 waren vijf Achillesleden gestart op de hele marathon. Logisch toch? Je woont in of vlakbij Etten-Leur en traint bij ARV Achilles, dan moet je als hardloper toch een keer de hele in je eigen trainingsomgeving gelopen hebben. Dat dacht onder meer debutant Kees van de Sande. De door Tonio de Jong getrainde M45-er kwam halverwege door in 1.56:12, gemiddeld tempo van 5:30, prima als je binnen de 4 uur wil blijven. Maar dat lukte Kees niet, hij moest flink toegeven op zijn geplande tempo en zijn deel twee kwam bij hem op 6:48 min/km neer. Na zijn finishtijd van 4.19:56, met een verval van 27 min 32 sec weet hij nu wat 42.195 achtereen hardlopen is, en wat je er voor moet doen.
Dat zal ook Angelo Verheijen, trainend bij trimtrainer Cees van Leest, nu wel weten. Want Angelo liep net als Kees zijn eerste hele marathon. Angelo, lopend in de categorie M45, had ook een behoorlijk langzamere tweede helft. Want met een verschil van 22 min en 46 seconden moest de pupil van Cees behoorlijk inleveren. In theorie is een marathon lopen goed te doen, en ook al hardlopend naar zo’n evenement toe trainen is best overzichtelijk. Helaas is de praktijk van het marathonlopen wat weerbarstiger, zeker met onberekenbare weersomstandigheden zoals afgelopen zondag, waar het door de afstand uitgedunde lopersveld moest knokken tegen de noordoosten wind met kracht 4 a 5.
Misschien wel het gemakkelijkst liep Silvia Verhoeven, die kort voor deze wedstrijd besloten had om deze marathon als training te lopen. En dan zie je hoe eenvoudig deze Etten-Leurse ultraloopster die kilometers weet te verstouwen. Met een tweede helft die ze zelfs bijna acht minuten sneller aflegt dan de eerste. Met 3.38:50 (1.48:22 en 1.40:28) eindigde ze in Etten-Leur op de tweede positie bij de V55.
Ruim twintig minuten eerder was Kees van de Riet op de Markt over de eindstreep gerend. Een dag na zijn 52e verjaardag waagde deze ook bij Tonio de Jong trainende Achillesloper zich aan de 42.195 meter. Het lukte hem telkens net niet om de 3-uursgrens te slechten. In 2010 in Amsterdam was hij er dichtbij, met 3.01:25 (netto 3.01:16). In de jaren hierna werd het ‘gat’ met de drie uur met het jaar iets groter. Misschien is er nu een ommekeer te zien, want na de 3.13:01 in Etten-Leur in 2017 realiseerde Kees nu 3:11:15. Hij kende een toeslag van 4 minuten en 11 seconden in de tweede helft, die Van de Riet in 1.37:43 aflegde.
Zeker een kwartier eerder was Henk Buesink al over de finish gedenderd. Deels op de fiets begeleid door oud-Achilleslid Piet Hopmans, voor zover de organisatie dat toestond, kwam de dit voorjaar 55 jaar geworden Achillesatleet wederom binnen drie uur ‘binnen’. Lukte het hem in 2017 al voor de eerste keer om een tijd te lopen van minder dan drie uur, in deze uitgave van de Etten-Leurse marathon ging hem dat nu nog gemakkelijker af. Met een gemiddeld tempo van 4:09 min/km raapte Henk tijdens zijn race de ene na de andere concurrent op. Tot er nog maar vijf voor hem liepen en hij als nummer zes over de meet liep, en als eerste M55-er. Zijn positieve split was maar een luttele 106 seconden, dan heb je het over gemiddeld 2,5 seconde per kilometer langzamer vanaf 21.097 meter. Met zijn 2.55:10 is Henk Buesink dus zeer tevreden! De persoonlijke ervaring van Henk lees je onderaan dit artikel.
Voor nog meer marathonavonturen, volg dan de verrichtingen van Merie Schoone. De pupil van Gré van Loenhout gaat volgende weekend de New York City Marathon lopen. Download the app van de TCS New York City Marathon en je kan Merie tracken in the Apple. Om in te spelen op een te verwachte positief resultaat: Merie liep zondag de 10 in Etten-Leur in uitstekende 51:14 (netto 50:38), dus wie weet.
Raceverslag Henk Buesink: ‘Ik volgde altijd exact het schema van trainer Dick Ringelberg wat mij moet brengen tot een verbetering van mijn PR op de herfstmarathon van vorig jaar (2.59.01). Het doel dat ik had was dit keer 2.55.10. In de laatste week slaat weleens de twijfel toe. Heb ik wel genoeg gedaan, hoe deed ik dat vorig jaar? De trainingen gingen dit keer vanaf augustus prima. Donderdag en zaterdag nog even geprobeerd, het gevoel was goed. Spaghetti, pannenkoeken met stroop, witte broodjes, veel thee en koffie zorgden voor de puntjes op de i.
Zondag was een prachtige dag, maar wel de koudste dag van deze herfst. Veel zon, maar ook veel (koude) wind. De marathon is een uitputtingsslag. Rustig lopen, rustig lopen en sparen. Op het moment dat je niet meer rustig kunt lopen ben je al zo ver dat je hoe dan ook door moet.
Normale start en zoeken naar een lekker groepje. Dat viel tegen want veel concurrentie was er niet. Loopmaat Piet (Hopmans) zou meefietsen en mij voorzien wat water en sportgels. Dat was de volgende tegenvaller. Piet werd na 7 kilometer van het parkoers gehaald door een official, die mij ook direct dreigde met een gele kaart. Ik wilde nog vragen, wat gebeurt er dan? maar dat slikte ik maar in.
Zonder sportgels zou een probleem worden, maar ik vertrouwde er op dat Piet wel ergens langs het parkoers zou opduiken. Water kon ik natuurlijk bij de verzorgingsposten krijgen, maar drinken uit een bidon is altijd makkelijker dan uit een bekertje. Bovendien stonden die bekertjes al lang klaar en waren bij de temperatuur (5 graden) ijskoud. Om problemen met mijn darmen te voorkomen moest ik het water eerst door mijn mond rond laten gaan.
Eerste 5 kilometer iets te snel, na 10 kilometer iets te langzaam. Ik versnelde daarom heel voorzichtig, maar raakte daardoor wel mijn medeloper kwijt. Een eenzame tocht begon. Helemaal alleen in de polder met af en toe harde wind tegen. Ik verveelde me dood.
De halve ging in 1.26.42. Het verbaasde me, met een verval van drie minuten zou ik op mijn eindtijd kunnen komen. In de Lazerijstraat kreeg ik van Piet gelukkig een paar sportgels, dat zou genoeg zijn tot het einde. Pas bij 25 kilometer kon ik bij een iemand aanhaken die al voor mij liep. Dat was goed voor het tempo. Bij de Pannenhoef kwam Dick Ringelberg langszij. Lekker even wat afleiding, maar ik was ook wel beducht op die official. Door de ideale lijn van een bocht in de Pannenhoef te pakken raakte ik mijn concurrent weer kwijt. Vanaf kilometer 31 dus alleen naar de finish.
Het aangepaste parkoers was prima. De eerste ronde is wat groter geworden, voor het gevoel is dat wel lekker. Het levert een psychologisch voordeel op want het tweede rondje is dan iets korter. Het 35 kilometer punt verraste me daardoor, het was eerder dan gedacht. Nog 7 kilometer sjouwen naar de finish. Vooral het stuk langs de A58 was flink wind tegen. Halverwege werd geroepen dat ik negende was, onderweg stond nog iemand stil en in de verte zag ik nog iemand lopen. Gelukkig liep je in de Streek wat uit de wind, in de bocht naar de Bisschopsmolenstraat kon ik nog een concurrent pakken. Hier stond gelukkig wat publiek en werd mijn naam geroepen (makkelijk met zo’n startnummer). Thijs Staps rende op het fietspad met mij mee, wat in de laatste lastige kilometer erg prettig was.
De finish bereikte ik in 2.55.09! Het verbaasde mij dat ik zo constant kon lopen, waarbij ik bijna 26 kilometer alleen heb gelopen. Zesde in het eindklassement en eerste heren 55+. Ik ben hier erg blij mee. De schema’s van Dick leiden elke keer tot het gewenste resultaat. De vele trainingsarbeid heeft tot resultaat geleid.’